Interview
Diariou Sow, de nieuwe voorzitster van GAMS vzw
Diariou Seydi SOW is onze nieuwe voorzitter sinds juni 2022. Van opleiding is ze sociaal werkster en zo kent ze GAMS van binnenuit. In dit interview vertelt ze ons over elke stap van haar reis die haar ertoe bracht onze voormalige voorzitter en oprichter Khadidiatou Diallo op te volgen. Van begunstigde, tot stagiair, vervolgens co-bemiddelaarster en lid van het bestuursorgaan, is Diariou al lange tijd activiste.
Hoe bent u voorzitster van GAMS geworden?
Het was een hele reis. Voordat ik naar België kwam, had ik al een ideologie die overeenkwam met die van de GAMS. Ik kwam in 2011 in België aan, verbleef in een centrum voor asielzoekers en werd voor een activiteit naar GAMS verwezen. Ik begon met de workshop lichaamstaal. Het deed me deugd, dus ik kwam terug en van het ene kwam het andere.
Toen liep ik hier stage en kort daarna volgde ik de training voor de co-bemiddelaars. Ik werd lid van GAMS België. Op de algemene vergadering in juni 2018 heb ik me aangemeld als bestuurder bij het bestuur van GAMS België. Ik werd verkozen en ben nu voorzitter geworden; volgend op Khadia’s wens om plaats te maken voor de nieuwe generatie. Ik ben een activist in de strijd tegen vrouwelijke genitale verminking (VGV). Ik hou van het werk ter plaatse hier en ook in Guinee (mijn land van herkomst). Ik werk daar soms indirect, met sommigen samen aan de kwestie van VGV.
Hoe bent u bij GAMS terechtgekomen?
Als je als asielzoekende vrouw in België aankomt, ben je een beetje geïsoleerd. Ik had veel vragen over wat ik meemaakte en ik kon het goed vinden met mijn maatschappelijk werker. Zij was degene die mij adviseerde om naar GAMS te komen. Ze legde me uit dat ik een eerste ontmoeting zou hebben en dat ik misschien mensen zou ontmoeten die me zouden kunnen helpen.
U heeft een lange geschiedenis met GAMS, kunt u ons daar meer over vertellen?
Ik ben maatschappelijk werk gaan studeren en heb in 2016 stage gelopen bij GAMS. In mijn eerste studiejaar had ik mijn onderwerp voor mijn eindverhandeling al. Ik wist dat ik de kwestie van VGV in de asielprocedure wilde behandelen. Dus liep ik mijn eerste stage bij GAMS om het institutionele werk en de werkmethoden beter te leren kennen. Daarna heb ik mijn derdejaars stage gelopen bij het Rode Kruis in Jette, waar niet-begeleide minderjarigen opgevangen worden.
Dankzij deze twee ervaringen kon ik verbanden leggen tussen de behandeling van VGV en de asielprocedure in België.
Vertel ons over uw ervaring als co-bemiddelaarster?
Ik wilde deze opleiding echt graag volgen, maar ik zat in de asielprocedure. Het proces is een beetje ingewikkeld en ik beleefde wat moeilijke momenten. Toen ik GAMS leerde kennen, woonde ik in de provincie Bergen. Ik moest geduld oefenen om me te kunnen verplaatsen. Tijdens mijn stage hoorde ik over deze opleiding voor co-bemiddelaars, die bestond uit veldwerk, vertalen of tolken, met een specifieke opleiding aangepast aan mensen die getroffen zijn door VGV. Aangezien ik zelf ook VGV ervaren heb, omdat ik uit een land kom waar VGV wordt toegepast, vind ik het gemakkelijker om contact te leggen met mensen uit mijn gemeenschap en professionals te ondersteunen. Ik heb me ingeschreven voor de opleiding tot bemiddelaarster net na mijn eerste jaar opleiding tot maatschappelijk werker.
Toen ik een begunstigde bij GAMS België was, nam ik vaak deel aan de workshops lichaamstaal en dat heeft me veel geholpen. Er hangen enkele van mijn schilderijen in de gang van GAMS in Brussel. Ik wist dat ik geweld had meegemaakt, maar ik accepteerde het niet en wist niet hoe ik dat stadium kon overstijgen. Na elke workshop, schreef ik. Ik begon aan een boek dat al wat ik heb meegemaakt omvat, wat ik deed om mezelf te reconstrueren. Tegenwoordig identificeer ik mezelf niet meer als slachtoffer. Dit is wat mij in staat stelt steun te bieden en klaar te staan om het veld in te gaan, om onderscheid te kunnen maken tussen wat ik heb meegemaakt en wat de mensen die ik steun meemaken. Je mag je niet direct met de ander identificeren, want iedereen is anders, iedereen heeft zijn eigen verhaal
Hoe bent u lid geworden van het bestuur?
Wat mijn persoonlijke projecten betreft, zei ik tegen mezelf dat, naarmate ik meer ervaring opdeed in het terrein, ik iets kon geven aan mijn gemeenschap hier in België en ook in Guinee. Ik wilde toen meer betrokken raken bij het strategische niveau en de besluitvorming. Ik wilde begrijpen wat een raad van bestuur is.
Het is zowel een therapeutische als een professionele reis. Wat bracht je ertoe om voorzitter te worden?
Aan het begin van mijn betrokkenheid heb ik er nooit aan gedacht voorzitter van GAMS te worden. Mijn oorspronkelijke bedoeling was om uit te zoeken wat ik kon doen om te helpen bij verandering. Voor mij kan iets kleins een verschil maken en als ik één persoon in mijn gemeenschap bewuster kan maken, is dat al een kleine overwinning. Dit dagelijks doen en dan steeds meer gevraagd worden in mijn gemeenschap om referentiepersoon te worden was een grote stap voor mij. Naarmate de vergaderingen vorderden, begon mijn verlangen en mijn doelstelling te groeien, met name door het werk in het veld, en hier ben ik nu als voorzitter.
Hoe is dit voorstel tot stand gekomen?
De gelegenheid deed zich voor toen de oprichtster van GAMS België en voormalig voorzitter besloot haar plaats over te laten aan de nieuwe generatie. Het is geen gemakkelijke beslissing voor mij, want ik neem over van Khadidiatou Diallo, die 26 jaar lang presidente was. Het is iets ongelooflijks. Zij is een vrouw die mij veel inspireert en die veel heeft meegemaakt toen zij in België aankwam toen de kwestie van vrouwelijke genitale verminking nog niet zo bekend was.Zij heeft zo hard gevochten. Ook zou ik graag iets doen dat invloed heeft op toekomstige generaties. VGV is geen praktijk die van de ene dag op de andere zal verdwijnen. We moeten werken aan een mentaliteitsverandering. Dit gaat over mensen en ik geloof dat mensen kunnen veranderen. Daarom moeten we aan bewustmaking blijven werken en actie ondernemen. Dit houdt ook in dat de opvoeding van alle kinderen, meisjes en jongens op school en in het gezin moet worden aangemoedigd. Vanaf de kindertijd worden we geconfronteerd met stigmatisering en dat begint al bij de geslachtsindeling. Elk kind moet de ruimte krijgen om zichzelf te definiëren en in haar.zijn dromen te geloven.
Eerst werd ik niet veel aanmoedigd, maar gelukkig ben ik koppig. Als het van sommige mensen afhing, zou ik hier vandaag niet zijn, maar ik geloof echt in deze missie. Ook al is het niet makkelijk, ik weet dat wat ik doe goed is. Ik ben van nature een gevoelig persoon en ik weet niet hoe ik mijn mond moet houden bij onrecht. Ik geloof dat ieder mens het verdient waardig te leven.
Wat is je grootste droom Diariou?
Dat VGV helemaal verdwijnt, en dat een vrouw in het binnenland van India dezelfde waarde zal hebben als een jongen, dat er gelijkwaardigheid tussen de geslachten komt.
Ik heb deelgenomen aan de verjaardag van DCI (Defence for Children International), die campagne voeren voor de rechten van kinderen, en ik heb een toespraak gehouden op de persconferentie om de nieuwe cijfers van het prevalentieonderzoek te presenteren. Het is allemaal nieuw voor me, en het is een eer om er voor het eerst bij te zijn met Khadia en Fabienne, die me veel steunen. Het is een teamprestatie. Ik voel me goed omringd en begeleid en dat heb ik nodig, want ook al ken ik GAMS goed, aan het hoofd van de vereniging staan is een grote verandering. Ik wil doorgaan op de basis van Khadia, vooral op politiek niveau, en banden leggen met de verschillende gemeenschappen. Ik zou heel graag betrokken worden bij de ontwikkeling van netwerken in België en in de betrokken landen op het gebied van uitwisselingen, opleiding en internationale netwerken.
Je hebt al twee acties geleid sinds je voorzitster bent, hoe voel je je in deze rol en welke soorten acties zou je in de toekomst willen ondernemen?
Ik heb deelgenomen aan het jubileum van DCI (Defence for Children International), dat zich inzet voor kinderrechten, en ik heb een toespraak gehouden tijdens de persconferentie waar de nieuwe cijfers van het prevalentieonderzoek werden gepresenteerd. Het is helemaal nieuw voor me, het is in de eerste plaats een eer om er de eerste keer bij te zijn met Khadia en Fabienne die me veel steunen.
Het is teamwork. Ik voel me goed omringd en begeleid, en dat heb ik nodig, want ook al ken ik het GAMS goed, aan het hoofd staan van de vereniging is een grote verandering. Ik zou graag doorgaan op de basis van Khadia, vooral op politiek niveau, en verbindingen leggen met verschillende gemeenschappen. Ik zou echt betrokken willen zijn en de projecten voor partnerschappen in België en in de betrokken landen willen ontwikkelen op het gebied van uitwisselingen, opleidingen en internationale netwerken.