Internationale samenwerking

Retrospectieve 20 jaar internationale samenwerking van GAMS België met Fabienne Richard

De vakantie loopt ten einde. Bij GAMS België willen we u dus graag op reis door tijd en ruimte meenemen.

Laten we beginnen met deze foto uit onze dozen die dit artikel perfect illustreert. Het toont Fabienne Richard en Khadidiatou Diallo, in Caïro, in 2009, tijdens de algemene vergadering van het Inter-Afrikaanse Comité (CIAF). Sinds enige tijd reizen onze directeur en oprichter de wereld rond met als doel het afschaffen van vrouwelijke genitale verminking (VGV). In Senegal, Guinee, Portugal en Canada heeft onze vereniging de afgelopen 20 jaar deelgenomen aan en bijgedragen tot verschillende initiatieven buiten onze landsgrenzen. Wil u graag meer weten over onze internationale samenwerkingsprojecten? Het is tijd om de balans op te maken met Fabienne Richard.

In 2012 voerde GAMS België haar eerste internationale project uit in Vélingara, Senegal. Hoe begon dat en waarom is GAMS België met dit soort projecten begonnen?

Het begon heel klein in de regio waar Khadidiatou Diallo, de oprichtster van GAMS België, vandaan komt: in Vélingara en in Linkering, waar zij in het zuiden van Senegal in Casamance is geboren. Het was erg belangrijk voor haar om in deze regio te werken omdat het percentage vrouwenbesnijdenissen er erg hoog ligt.

Empowerment van vrouwen in Senegal

We begonnen met microkredietprojecten waarbij vrouwen konden kiezen tussen verschillende activiteiten zoals tuinieren, zeep maken of molens malen. Het idee hierachter is om inkomensgenererende activiteiten voor te stellen en alfabetiseringslessen met als doel emancipatie en empowerment, om VGV weg te werken.

Uitwisselingen tussen gemeenschappen

Naarmate de jaren verstreken en de budgetten steeds beperkter werden, schakelden we over naar  bewustmaking door middel van theater. We hebben ook een videobrievenproject gerealiseerd. De Peul-gemeenschap in Brussel kon per video uitwisselen en reageren met de Peul-gemeenschap in de dorpen van Casamance. Interessant was te zien hoe de diaspora in België de mentaliteit kon veranderen via GAMS, hoe niet-besneden vrouwen andere vrouwen in Vélingara konden beïnvloeden en hoe de gemeenschappen in hun thuisland ook vooruitgang boekten.

Het onderwijspact

Op basis van een project dat in Ethiopië in de Afar-gemeenschap goed had gewerkt, hebben wij dezelfde aanpak omgezet naar Casamance door middel van een pact met de ouders: het pact voor onderwijs zodat meisjes ten minste tot hun 18e naar school kunnen gaan en beschermd zijn tegen blijven van VGV en gedwongen huwelijken. Deze ervaring heeft ons doen inzien dat de uitvoering van een project in het ene land niet noodzakelijkerwijs op dezelfde manier werkt in een ander land. In Senegal ging het opstarten langzamer. De volgende vervolgmissie zal ons in staat stellen de vooruitgang te evalueren en te zien of we ermee doorgaan of een andere aanpak kiezen.

Opleiding van professionals

Vorig jaar zijn we begonnen met het opleiden van verloskundigen en onderwijzers. We zijn in september op missie geweest om het personeel van het gezondheidsdistrict Vélingara en leerkrachten op te leiden. We hadden er heel interessante gesprekken. Wij hopen deze opleiding in Kolda te herhalen in oktober en november 2022.

Sinds juli 2021 heeft GAMS België ook twee missies in Guinee uitgevoerd. Kan je ons daarover iets  vertellen?

Tot hiertoe werden internationale projecten geïnitieerd door GAMS. Eind 2020 kwam het Duitse samenwerkingsverband ons opzoeken voor een missie in Guinee. Health Focus, een adviesbureau dat projecten uitvoert van de Deutsche Gesellschaft für Internationale Zusammenheit (Giz) nam contact met ons op. Aangezien 60% van de mensen die GAMS België bezoeken uit Guinee komen, was het voor ons logisch om daar te werken. De uitdaging is dat er al 30 jaar projecten zijn om af te zien van VGV en dat het prevalentiecijfer nog steeds 95% is. Het schiet niet op en iedereen vraagt zich af hoe het anders kan.

Actie onderzoek in Guinee: co-constructie van een nieuw avontuur 

We hadden het idee om dezelfde community-based benadering toe te passen die we in België gebruiken, een bottom-up transformatieve benadering en de deconstructie van genderstereotypen. Bij GAMS België denken we dat alles verband houdt met de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen en dat van jongs af aan wordt verwacht dat we ons op een bepaalde manier gedragen als jongen of als meisje, ons hele leven lang. We hanteerden instrumenten die we aanbieden aan migrantengemeenschappen: Beeldentaal en rollenspelen. We bouwden samen modules op participatieve wijze. Actieonderzoek werkt in cycli, d.w.z. Na een eerste cyclus, observeren en evalueren we, bij de volgende activiteit, verbeteren we op basis van de evaluaties.

We deden een eerste missie in Mamou in juli 2021 en die verliep heel goed. Ik kwam met ideeën maar was ook open voor voorstellen. In het begin had ik vijf sessies gepland, en een zesde sessie werd live opgezet tijdens de opleiding van de facilitatoren. Dit werd zeer goed ontvangen door GIZ en de Europese Unie, die de ervaring wilden herhalen, maar dan op een andere locatie, ditmaal in Guinee-forestière. Daarom werd GAMS gevraagd om dit jaar in juli 2022 op twee plaatsen terug te keren, in de plattelandsgemeente en in de stadsgemeente N’Zérékoré. Wij wilden bij niet-geletterden nagaan of de gekozen aanpak werkt. In Mamou was het opleidingsniveau van de deelnemers hoger dan het nationale gemiddelde. Ik ben teruggegaan om 16 begeleiders op te leiden en vervolgens zal de Guinese NGO AFASCO, waarmee we in Mamou hebben samengewerkt, weer verantwoordelijk zijn voor de uitvoering. We zullen ze om de 15 dagen online volgen en ik kom in december 2022 terug voor de feedback op lokaal en nationaal niveau. Ik zal de teams helpen om alles te analyseren wat tijdens de 7 sessies is verzameld. We hebben inderdaad een 7e sessie toegevoegd na de Mamou-evaluatie. Dit is het principe van actie-onderzoek: met elke nieuwe cyclus beter worden.

Wie zijn de deelnemers aan de actie-onderzoeksgroep? Hoe worden ze geselecteerd?

We werken met zowel mannen als vrouwen. We hebben 4 groepen: meisjes, jonge mannen, getrouwde vrouwen, getrouwde mannen. Zo kunnen we de overeenkomsten en verschillen zien. Het zijn mensen uit de gemeenschap die op vrijwillige basis deelnemen, zij werden aanbevolen door de plaatselijke leiders. Wij wilden mensen aanwerven die een diverse groep konden vormen. Er waren ook leeftijdscriteria, mét of zonder opleiding. Het doel was diversiteit na te streven.

Wat zijn de behandelde thema’s?

We behandelen seks- en genderkwesties, hoe we contact leggen, seksuele en reproductieve rechten, gendergerelateerd geweld, hoe we omgaan met onze emoties, enz.

Het waren de mannen die op het idee kwamen om een hele sessie te wijden aan het omgaan met emoties, omdat één van hen de moed had met iedereen te delen: “op een dag heb ik mijn vrouw geslagen en ik voelde me daarna heel slecht en ik zou graag willen weten hoe ik dat kan voorkomen”. Wat kan ik doen als ik mijn woede voel opkomen en hoe kan ik andere methoden vinden om fysiek geweld te vermijden? We hebben hier een hele sessie aan gewijd. Dit zijn sessies van drie uur met heel participatieve methodologie.

Dit is de derde missie naar Guinee en er is een vierde missie in voorbereiding. Heeft GAMS ambities om op missie te gaan naar andere landen?

Voorlopig niet, we willen eerst meer banden met Enabel (Belgische ontwikkelinssamenwerking). Wij hebben expertise en werken met mensen uit verschillende diaspora’s die veel te zeggen hebben. Als we zien dat Enabel werkt in Burkina Faso, Mali, Senegal, Guinee en vele andere landen waar VGV op grote schaal wordt toegepast, vinden we het vreemd dat het de Duitse samenwerking is die onze expertise erkent en momenteel niet de Belgische.

Het is heel interessant dat wij ter plaatse in Guinee goede contacten hebben gehad met Enabel. We moesten ter plaatse zijn om dat te bewerkstelligen. De volgende stap is een ontmoeting met de directeur van Enabel hier in België.

GAMS beschikt over expertise die de verenigingen in Quebec beïnvloedt. Wat voor soort uitwisselingen worden er ontwikkeld?

Als we het over internationale samenwerking hebben, denken we inderdaad aan de landen in het Zuiden, maar in werkelijkheid gaat het om de hele wereld. En de afgelopen drie jaar hebben we dankzij het WBI (Wallonie-Bruxelles International) een uitwisselingsfonds gekregen waarmee we de kosten van professionele reizen voor de uitwisseling van goede praktijken tussen Quebec en Wallonië-Brussel kunnen betalen.

Opleiding van professionals en uitwisselingen in Quebec

Wij hadden een eerste overeenkomst met de Universiteit van Montreal waardoor wij onze goede praktijken konden uitwisselen. Ik kon een opleiding voor vroedvrouwen en gynaecologen in het Sainte-Justine ziekenhuis in Montreal verzorgen. We hebben ook verenigingen ontmoet met het Réseau d’action pour l’égalité des femmes immigrées et racisées du Québec (Rafiq). Dit jaar hebben we ook een samenwerkingsovereenkomst getekend met Magaly Pirotte van Sex-Ed + (link >> website). Ze maakt al enkele jaren vulva’s- en mannelijke seksdelen voor educatieve doeleinden, voor professionals, seksuologen, gynaecologen of iedereen die seksuele voorlichting geeft op scholen.

Creatie van mallen van gesneden vulva’s binnenkort in Brussel

In samenwerking met CeMAViE, het Medisch Centrum voor slachtoffers van VGV in het CHU Sint Pieters, zijn wij van plan om eind september mallen te maken van vulva’s van besneden vrouwen. Als alles volgens plan loopt, zijn we in mei 2023 in Montreal om verenigingen te ontmoeten.

Dit project wordt bij GAMS uitgevoerd met vrouwen die Cendrine Vanderhoeven, seksuologe bij CeMAVie, in consultaties ziet. Uiteraard gebeurt dit met hun instemming, nadat de hele aanpak wordt uitgelegd. De vrouwen zijn over het algemeen blij dat dit kan helpen VGV te voorkomen en betere zorg te verlenen. Het project is gericht op een betere opleiding voor verloskundigen en gynaecologen. Magaly komt uit Quebec met al haar gereedschap om de mallen te maken. Wij zullen aan onze kant ons best doen om de vrouwen voor te bereiden, zodat het zo natuurlijk en goed mogelijk verloopt.

 

 Ik vind het gek dat we op nationaal niveau niet erkend worden, terwijl we dat wel zijn op internationaal niveau.”

 

En op Europees niveau?

Wij maken deel uit van het Europese netwerk End FGM, dat wij mede hebben opgericht. Wij beschikken over verscheidene richtsnoeren, documenten en instrumenten die zijn vertaald en aangepast aan de andere contexten van de lidstaten. Wij waren ook zeer ontroerd dat de Associação para o planeamento da familia (AFP) onze preventiekit heeft gebruikt en aan de Portugese context heeft aangepast. De Portugese kit heeft het logo van GAMS met de woorden “gebaseerd op een origineel idee van GAMS”. In Zwitserland hebben wij ook documenten over de risicoschaal die in het Duits zijn vertaald. Wij zijn verheugd dat het werk van de GAMS als voorbeeld dient voor andere landen.

Soms vinden we het gek dat we nog steeds moeten vechten voor structurele financiering om onze teams in stand te houden, terwijl we uit heel Europa lof krijgen voor alles wat we doen. Ik vind het gek dat we op nationaal niveau niet erkend worden, terwijl we op internationaal niveau wel erkend worden.

Ook in het Groothertogdom Luxemburg

Vijf jaar geleden kreeg ik in één week drie telefoontjes van Caritas Luxemburg, Rode Kruis Luxemburg en OLAI, dat sindsdien ONA (Office National de l’Accueil) heet – het equivalent van Fedasil in België. Honderden Eritrese vrouwen waren net in Luxemburg aangekomen en niemand was opgeleid of voorbereid om het probleem van VGV aan te pakken. Wij komen verschillende keren per jaar in actie door opleidingen te geven aan de teams van opvangcentra (opvangcentra voor internationale asielzoekers). We gaan op 7 september terug, ditmaal om artsen op te leiden. We vinden het belangrijk om, zodra we meisjes en vrouwen met VGV-complicaties hebben geïdentificeerd, hen te kunnen doorverwijzen naar opgeleide medische diensten. In de toekomst denken wij aan de oprichting van een GAMS-afdeling in het Groothertogdom Luxemburg of aan een samenwerking met een plaatselijke organisatie.

Wat zou u graag zien gebeuren op het gebied van samenwerking?

Ik zou willen dat meer collega’s deze ervaring internationaal kunnen beleven en andere verenigingen kunnen ontmoeten om het werk van GAMS te bevorderen en hun deskundigheid te verrijken.

Exit